In het werk van Cobbenhagen,
leerling van de Rijksakademie, speelt groeikracht een belangrijke rol. Op een
natuurlijke en overtuigende wijze heeft hij groei-elementen in het verdiepte
fond van de penning uitgebeeld. Een uitbollende zaaddoos en ontkiemde plantjes
zijn in een losse verdeling, verhoogd en verdiept in de cirkel neergezet. Daardoor
kan het penningrond ook als een kiemelement gezien worden. Bijzonder is dat
wat ik als plantaardig zie ook heel wel insecten zouden kunnen zijn. Als er een
stip is waar groei en beweging een overheersende rol speelt dan is het wel de
barok. In die stijl heeft Cobbenhagen het vignet van de Vereniging op de
keerzijde opgevat. In zwierige beweeglijkheid spreiden de twee
ineengestrengelde letters zich in verhoging en verdieping expansief uit over
het penningvlak.