Vertaald met Google Translate. Originele tekst tonen .
Er zijn talloze schilderijen van hem bekend. Alleen al tussen 2001 en 2006 werden er ongeveer 90 werken geveild. De prijzen varieerden van 3.000 tot 4.500 euro.
Op 20 april 2007 meldden Tsjechische media dat de eerder bekende biografische details volledig verzonnen waren. Hun onderzoek had geen doorslaggevend bewijs voor het bestaan van Kečíř opgeleverd. Journalisten noemen Kečíř nu de Jára da Cimrman van de Tsjechische schilderkunst. Alleen het bestaan van zijn schilderijen staat buiten twijfel.
Volgens biografische gegevens werd hij geboren in Holouci, Holuci of Holice. De eerste twee plaatsen lijken echter niet te bestaan, en er bestaat geen geboorteakte op zijn naam voor de laatste. De andere documenten die op hem betrekking hebben, zijn al even twijfelachtig: een vermeende kinderfoto, een foto van een gedenkplaat en een fotokopie van zijn overlijdensakte. Na vervolging door de nazi's vanwege zijn Joodse moeder en de daaropvolgende onderdrukking van zijn kunst door de communisten, zou hij de laatste decennia van zijn leven hebben doorgebracht in een (inmiddels gesloten) psychiatrische kliniek in Brno, waar naar verluidt ook het grootste deel van zijn werk is ontstaan.