Zeefdruk van Hendrix. Oplage: P/A, III. Afmetingen blad: H37 x b49cm. Afmetingen voorstelling: H24 x b35cm. Het werk is rechts onderaan, met potlood gesigneerd, door de kunstenaar. De authenticiteit van het aangeboden werk wordt volledig gegarandeerd. Een certificaat van echtheid kan, op aanvraag, worden gemaild.
Bij aankoop kan het werk worden opgehaald in 's-Gravenzande ( vlakbij Den Haag (Scheveningen), Rotterdam en Delft en 5 minuten van het strand). De termijn voor het ophalen , bij vooruitbetaling, is zeer ruim, m.a.w. de koper kan het werk weken of zelfs maanden later ophalen en het zo mogelijk combineren met een bezoek aan één van de bovengenoemde steden of het strand. Het werk kan ook worden verstuurd via Postnl. Onze verzenddagen zijn dinsdag en donderdag.
Jan Hendrix (geboren in 1949) is een in Nederland geboren kunstenaar die sinds 1978 in Mexico woont en werkt. Hendrix ontving de Orde van de Azteekse Adelaar van de Mexicaanse overheid voor zijn werk in kunst en architectuur.
Leven
Jan Hendrix werd geboren in de stad Maasbree, Holland, te midden van een familie die diep geworteld was in de boerenlevensstijl van de regio en zich drastisch verzette tegen Hendrix' vroege keuze voor een carrière in de kunsten op zestienjarige leeftijd, nadat hij aanhoudend alle vakken op school met uitzondering van tekenen. Prominent onder zijn jeugdherinneringen is een uitstapje in de eerste auto van zijn vader en een bezoek aan een plaatselijk museum in de Kunst-und-Wunderkammer dat later een duidelijke referentie in zijn werk zou worden.
Nadat hij het ouderlijk huis had verlaten, schreef hij zich op zijn zeventiende in bij de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Bosch, waar hij wegens zijn opstandige gedrag van school werd gestuurd. Later ging hij op uitnodiging van de Japanse kunstenaar Shinkichi Tajiri in de leer bij Atelier 63 in Haarlem, destijds de meest radicale onderwijsinstelling (1968-1969). Daar zou hij zijn mentoren ontmoeten die hem door middel van filmmaken en dans een multidisciplinaire visie op kunst bijbrachten. Tijdens zijn studie stapte hij in bij drukkerij Smeets in Weert om het vak van proefdruk te leren.
Van 1971 tot 1975 vervolgde hij op advies van kunstenaar JCJ van der Heyden zijn masterstudie aan de Jan van Eyck Academie waar hij zich, geïnspireerd door zijn contact met professor Han Seur, toelegde op de grafische kunsten. Gedurende deze periode bouwde hij een sterke uitwisselings- en communicatieband op met een groep kunstenaars in Düsseldorf, die als denktank werkte en waarbij hij Beuys, Richter, Spoerri, het echtpaar Becher, Kiefer, Lupertz, Filliou, Nam June Paik en Dieter Roth, onder andere kunstenaars. Ze zouden de postdoctorale activiteiten en projecten van Hendrix beïnvloeden, zijn productiecodes verbreden en er uiteindelijk toe leiden dat hij papier en inkt als zijn primaire media koos. De minder dan orthodoxe opleiding van deze jaren zal hem ertoe brengen verschillende projecten te benaderen die verband houden met de productie van kunstenaarsboeken, waaronder de Beau Geste Press in Devonshire, Engeland, waar hij Martha Hellion ontmoette. Deze ontmoeting leidde tot een huwelijk in Nederland. Hendrix en Hellion reisden naar het noorden van Noorwegen waar ze een zeefdrukwerkplaats opzetten, gebouwd met hulp van de plaatselijke scheepswerf. Momenteel zijn ze gescheiden.
Terug in Maastricht kende het Nederlandse Ministerie van Cultuur Hendrix in 1975 een studiebeurs toe, waarmee hij naar Mexico reisde om het Mexicaanse landschap te bestuderen. Zijn eerste contact daar was José Chávez Morado, die hem uitnodigde om een zeefdrukworkshop te beginnen in de Alhóndiga de Granaditas (een oud graanmagazijn), in Guanajuato, met het idee om de cilindrische zegels uit de pre-Spaanse collectie van Frederick Fields te drukken. Na de geboorte van zijn zoon Jonás in Mexico-Stad, werd Hendrix een regelmatige bezoeker van de werkplaats van Luis López Loza, een collectieve ruimte in het gebouwencomplex dat bekend staat als Edificios Condesa, waar onder andere Emilio Ortiz, Fiona Alexander en Leonora Carrington werk. Dit was ook een ontmoetingsplaats voor de meest actieve kunstgemeenschap van dit moment, waaronder makers, galeriehouders en drukkers. Hendrix ontmoette daar twee personen die een grote invloed op zijn carrière zouden uitoefenen: Francisco Toledo en Gunther Gerzso. Met laatstgenoemden deelde hij ideeën over ethiek en het doorzettingsvermogen van de kunstenaar.
De intense vrijgevigheid van Mexicanen, geïllustreerd door de uitnodiging van Miguel Cervantes om te exposeren in de Galería Ponce, overtuigde Hendrix om zich in dit land te vestigen, wat hij in 1978 deed. , tussendoor verblijven in IJsland, waar hij een bodemloze voorraad landschappen had gevonden die verband hielden met zijn werk en met het vulkanische terrein van Mexico. Deze periode kristalliseerde zich uit in verschillende portfolio's die in beide landen werden geproduceerd, waaronder zijn eerste samenwerkingen met de Amsterdamse drukker Piet Clement.
Hij woonde al in Mexico en opende zijn atelier ontworpen voor zijn eigen productie, maar volgens de praktijk van de collectieve workshops, ook toegankelijk voor andere Mexicaanse kunstenaars die hij uitnodigde om te experimenteren met zeefdruk. In deze periode nam hij, op uitnodiging van Alejandro Luna, ook deel aan de creatie van enkele decors voor de Compañía Nacional de Teatro. Tegelijkertijd begon hij zijn onderzoek naar fractale compositie - een oefening die hem in staat stelde dieper in de betekenis van schaal te duiken - en naar papieren dragers die op zichzelf al sfeer en karakter boden. Tijdens een reis naar Kenia bracht de intensiteit van het licht dat wordt geproduceerd door de ligging op de evenaar hem ertoe te experimenteren met het elimineren van kleur en het gebruik van hoog contrast als minimale elementen voor de constructie van een landschap. Tekenen werd steeds belangrijker en de geproduceerde stukken waren voornamelijk tekeningen die werden overgebracht naar de verschillende dragers die hij had onderzocht en ontdekt. Het resultaat is gebundeld in de catalogus Dia