In 1946, een jaar na de Tweede Wereldoorlog schildert de Brabantse expressionist Kruysen de geboorte van Jezus. Het tafereel, ondanks Antoon’s 'peinture barbare' manier van schilderen, herkent de kijker direct. Toch gebeurt er veel op het schilderij dat buiten de canon valt van het kerstevangelie.
Zo vindt de geboorte vindt niet plaats in een stal maar in de buitenlucht, symboliseren de kale boom en kraaien de aanwezigheid van verderf, schermen de herders en wijzen Jozef, Maria en Jezus af met een deken en lijkt er in plaats van een ster sprake te zijn van de gloed van bombardementen in de verte. Hoewel dit laatste open staat voor interpretatie.
Het schilderij is doordrongen van de nachtmerrie van de oorlog en de geboorte van de wederopbouw, van een nieuwe tijd. Afgebeeld in de kwetsbaarheid van een weerloos kind.
Antoon Kruysen vertrok in 1947 definitief naar Frankrijk, dit zal een van de laatste schilderijen zijn die hij in Nederland heeft vervaardigd.