Fraaie ets van Dick Harting, gesigneerd en gedateerd in de druk. Afm. beeld 40x53,5 cm.
Verzending in koker, 13,50, aangetekend 15,45
Dirk Herman Michael Harting geboren 08-03-1884 in Salatiga (Nederlands Indië) en overleden 28-08-1970 in Haarlem, graficus, schilder, tekenaar, etser, lithograaf, graveur (prentmaker), grafisch ontwerper en prentenverzamelaar.
-Opleiding: Hij studeerde aanvankelijk voor dierenarts aan de Veeartsenijschool te Utrecht, maar stapte over naar de Rijksacademie van beeldende kunsten in Amsterdam (1904-1910), waar hij vooral lessen in grafische technieken volgde. Leerling van Pieter Dupont en Willem Witsen.
-Dirk Harting was vrijwel uitsluitend graficus en vooral etser. Hij ontwierp ook postzegels en exlibris. Zo ontwierp hij postzegels voor Nederlands-Indië, Curaçao en Suriname. Ook maakte hij litho’s en tekeningen en een enkele maal aquarellen alsmede schilderijen in olieverf.
-In zijn werk als etser, graveur en tekenaar specialiseerde hij zich in stads-en dorpsgezichten, portretten en landschappen. Een voorliefde ontwikkelde Harting voor duinlandschappen.
In de Nederlandse grafiektraditie bereikte Harting een grote hoogte. Zijn adagium was: “Ik wil dat een ets ook inderdaad een prent zal zijn en niet een verkapt schilderij of de imitatie van een aquarel”. Zijn etsen geven ons de artisticiteit van het métier zelve, zijn persoonlijke visie op de realiteit weer. Voor de ets van de Grimnessesluis in Amsterdam nabij het Rokin verkreeg hij in 1913 de Willink van Collenprijs. In 1918 verwierf hij een zilveren medaille van de stad Utrecht voor zijn bekende ets van de Amerfoorte O.L. Vrouwekerk.
Hij woonde en werkte in Utrecht, Amsterdam, Heemstede en, Haarlem en heeft les gegeven aan de kunstenaars R.R. van den Berg, M. Gans, W.C. Gerritsma, D. van Hessen, G.J.M. Lutz, S.A. Velsen, D.P.H. Wentzel en W.A. de Wijn.
-Dirk Harting was lid van de kunstenaarsgenootschappen ‘Arti et Amicitiae’ en ‘St. Lucas’ in Amsterdam en van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag.
-Literatuur: Scheen 1969-1970 , vol. 1, p. 440 ; Wouters 1977 , p. 105 ; Jacobs 1993 ; Scharten 1996 , p. 54.