Het werk heeft rechtsonder een atelierstempel.
Willem
Adriaan van Konijnenburg
Den
Haag,
11
februari
1868
-
Den Haag
28
februari
1943
was een Nederlands
kunstenaar.
Van Konijnenburg was een lid van het patriciaatsgeslacht Van
Konijnenburg. Hij was de oudste zoon van Willem van Konijnenburg
(1836-1894), hoofdinspecteur der directe belastingen en later
raadadviseur, en jkvr. Sara Louise Vrijthoff (1841-1918), lid van de
familie Vrijthoff.
Van Konijnenburg trouwde op 30
september 1897
met Johanna Petronella Kempers (1872-1963). Dit huwelijk bleef
kinderloos. Van Konijnenburg kreeg zijn eerste teken- en
schilderonderricht van zijn moeder Sara Louise van
Konijnenburg-Vrijthoff. Hij ging verder met een zomercursus aan de
Koninklijke
Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag (1881). Daarna kreeg
hij lessen van de Haagse kunstenaar J.Chr. d'Arnaud Gerkens van 1882
tot en met 1884. Op zestienjarige leeftijd verliet hij voortijdig het
gymnasium van Den Haag. Vanaf 1884 volgde Van Konijnenburg de
opleiding voor de Mo-akte tekenen aan de Koninklijke Academie van
Beeldende Kunsten in Den Haag. Hij behaalde zijn diploma op 16
oktober 1886. Daarna ging hij lesgeven aan privéleerlingen. Tot zijn
leerlingen behoorden later onder andere de illustratrice Rie
Cramer en de schilderes Jeanne
Bieruma Oosting. In 1921/1922 gaf hij ook les aan koningin
Wilhelmina.
De vorstin wilde realistische landschappen schilderen in de traditie
van de Haagse School. In een brief aan haar moeder noemde Koningin
Wilhelmina Van Konijnenburg 'Knien'. De relatie met de koningin
leverde hem in 1923 de opdracht op om een serie postzegels bij haar
zilveren regeringsjubileum te vervaardigen. In 1940 tekende hij een
serie algemene gebruikspostzegels met haar beeltenis. Hij was ook
verantwoordelijk voor de allereerste serie Zomerzegels
in
1935.