Jaar: 1945-1999
Techniek: Ets, ingekleurd
Signatuur: Handgesigneerd door kunstenaar.
Editie: 16/50
Staat: Goed, lichte verkleuring in de handgeschreven tekst onderaan het werk.
Afbeelding: 25 x 39 cm.
Formaat lijst: 42,5 x 52,5 cm.
Ingelijst: Ja, in zwarte houten lijst, 2 cm breed en 3,5 cm hoog in een zwart passe partout. De lijst heeft een paar zeer kleine plekjes gebruikersschade, zie foto’s.
Ans Wortel (Alkmaar, 18 oktober 1929 - Hilvarenbeek, 4 december 1996) was een Nederlands beeldend kunstenares, dichteres en schrijfster. Zij maakte hoofdzakelijk gouaches en olieverfschilderijen, maar ook aquarellen, tekeningen, collages, lithografieën, etsen, beelden, glassculpturen en glasreliëfs. Zij was autodidact en kreeg in 1963 de eerste prijs van de Biënnale de la Jeunesse (in Parijs).
Wortels werk is sterk autobiografisch. Haar ervaringen als meisje, vrouw, moeder en kunstenares vormden haar inspiratie. Veelvoorkomende thema's zijn liefde, geborgenheid, moeder-kindrelaties en kritiek op de groepsnorm.
Tot eind jaren vijftig varieert haar werk sterk. Het vertoont kenmerken van en is geïnspireerd op werken van kunstenaars zo uiteenlopend als Katsushika Hokusai, Willem de Kooning, Paul Klee, Marc Chagall, Paul Gauguin, Max Ernst, Jackson Pollock, Pablo Picasso, Wifredo Lam en Karel Appel. Eind jaren vijftig mondt dit uit in een geheel eigen stijl die zij zelf weleens 'ikme' noemde (als tegenhanger van de destijds veel in de pers geopperde term 'Worteliaans' en omdat zij onverschillig stond tegenover de behoefte van 'kenners' aan het indelen van haar kunst.
Haar abstract figuratieve kunst (soms ook nieuwe figuratie genoemd) bevat veelal naakte vrouw-, man- en kindwezens die goed herkenbaar zijn, maar vervormd. De mensfiguren zijn bij elkaar, zoeken elkaar, omhelzen elkaar of stoten elkaar juist af. Handen, ogen en gelaat zijn belangrijke motieven in haar werk. De figuren bestaan in niet nader gedefinieerde ruimten, die soms de vorm aannemen van een bijna surrealistisch landschap. De maan en de contouren van de aarde komen vaak terug in haar werk.
Het werk gaat meestal vergezeld van handgeschreven titels of teksten van poëtische aard.
In de jaren zestig woonde de kunstenares in Amsterdam op wisselende adressen en was zeer slecht behuisd. Zij kreeg toen in 1969 een gedeelte van Huis Kranenburgh aangeboden aan de Hoflaan in Bergen als woon- en werkruimte. Dit werd gedaan door de toenmalige burgemeester van Bergen, Lo de Ruiter, met toestemming van de gemeenteraad. Dit veroorzaakte weerstand en verzet onder enkele Bergense kunstenaars en bewoners. De gemoederen liepen hoog op en er vlogen bij Wortel zelfs stenen door de ruiten.
Plannen werden opgevat om een museum in het pand te stichten en de gemeente Bergen wilde het daarom vanaf omstreeks 1972 ontruimen. Kern van het juridische conflict dat toen ontstond, was dat volgens de gemeente het pand beschikbaar was gesteld op basis van een bruikleenovereenkomst, terwijl het volgens Wortel een huurovereenkomst betrof. Deze juridische strijd duurde ongeveer 20 jaar en werd uitgebreid in de media besproken (o.a. een aantal malen in dagblad De Telegraaf). Uiteindelijk verloor de kunstenares en in maart 1991 moest zij Huis Kranenburgh verlaten. Het beoogde museum is in 1993 geopend als Museum Kranenburgh.
Het zesde deel van haar autobiografie gaat over deze periode, maar door de verbitterde toon was het ongeschikt voor publicatie. De kwestie komt met enige regelmaat voor in haar kunst, in haar publicaties en in interviews met haar. De kunstenares verliet Bergen en woonde de laatste jaren van haar leven in Brabant.
Exposities
Ans Wortel exposeerde in binnen- en buitenland bij musea en galerieën, waaronder:
• 1960 De Posthoorn, Den Haag.
• 1960 Kunstzaal Vlieger, Amsterdam.
• 1962 International Aquarel Ausstellung, Stadt am Bodensee in Friedrichshafen, Duitsland. Groepstentoonstelling Liga Nieuw Beelden, Stedelijk Museum, Amsterdam.
• 1963 Stedelijk Museum, Amsterdam. Museum van Bommel van Dam, Venlo.
• 1964 Gemeentemuseum, Den Haag. Centre Cultural, São Paulo, Brazilië. Stedelijk Museum Het Prinsenhof, Delft.
• 1965 Stedelijk Museum, Amsterdam.
• 1966 Rotterdamse Kunstkring (RKK). Expositie Plasmolen in Mook. Deelname aan de tentoonstelling 'Bijbel en kunst van nu, tentoonstelling ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan van het Nederlandsch Bijbelgenootschap.
• 1967 Smithsonian Institution, Washington DC, Verenigde Staten.
• 1968 Salon Européen de Femme, Nancy, Frankrijk. Salon Artistes Feminine, Parijs, Frankrijk. Stedelijk Museum, Amsterdam. Museum van Bommel van Dam, Venlo.
• 1969 Curaçao Museum, Willemstad, Curaçao. Stedelijk Museum, Amsterdam. Museum Waterland, Purmerend. Museum Fodor, Amsterdam.
• 1970 De Vaart, Hilversum.
• 1971 Galerie In-Art, Amsterdam. Hengelose Kunstzaal, Hengelo. Stedelijk Museum, Amsterdam.
• 1973 Kunst en Glas - Glasindustrie Van Tetterode, Amsterdam. Stedelijk Museum, Amsterdam.
• 1974 Museum van Bommel van Dam, Venlo. De Latemse Galerie, Sint-Martens-Latem, België. Museum Oud Hospitaal, Aalst.
• 1975 Olympia International Art Centre, Kingston, Jamaica.
• 1976 Stedelijk Museum, Alkmaar. Festival beeldende kunst 1976 Vlaanderen/Nederland.
• 1977 Stedelijk Museum, Amsterdam (Nederlandse kring van tekenaars). Expositie 'Jaar van het kind' voor Unicef, Turnhout, België.
• 1980 Tempel gallery, Willemstad, Curaçao.
• 1986 Stadsmuseum Woerden.
• 1988 Café In the cradle, New York, Verenigde Staten.
• 1989 Galerie de Lelie, Antwerpen, België.
• 1994 Museum De Koperen Knop, Hardinxveld-Giessendam. Expositie Heuf, Aruba. Van Reekum Museum, Apeldoorn.