Op 21 maart 2002 overleed op
tachtigjarige leeftijd de Haagse kunstenaar Hermanus Berserik. Hoewel
hij vele jaren in Rijswijk (Park Overvoorde) woonde, maakte hij
onmiskenbaar deel uit van de Haagse kunstwereld, onder meer als docent
aan de Haagse Academie voor Beeldende Kunst en als actief lid van
schilderkundig genootschap ‘Pulchri Studio'. Vooral zijn bijdragen aan
het Pulchri-blad werden veel gelezen omdat ze praktische tips bevatten
over het schildersvak. Dat beheerste hij dan ook tot in de perfectie.
Zijn schilderijen - stillevens met nostalgische voorwerpen,
zelfportretten, soms met een surrealistisch trekje, stadsgezichten en
landschappen - ademen een eigen sfeer uit. Iedereen in Den Haag kent
zijn gevelbeschilderingen op de hofjes van de Hoefkade vlakbij het
Hollandse Spoor, de woonwijk van zijn jeugd. Herman trouwt in 1947 de
fotografe Mien Voûte.
Leerling van
Rein Draijer, Willem Rozendaal en Willem Schrofer. Lid van onder meer
Pulchri Studio, Vereniging Vrij Beelden 1948-1949 De realisten
1951-1960, Verve 19551-1957, de Haagse Kunstkring, de vereniging van
Zeeschilders vanaf 1985 en de Haagse Etsclub. Verkreeg o.m. de
Koninklijke Subsidie voor de Schilderkunst in 1948 en 1949, Jacob
Marisprijs voor materiaal in 1950, de David Roëllprijs in 1951, Jacob
Marisprijs voor grafiek in 1952 en 1960, Jacob Hartogprijs in 1963 en
JacoDenb Hartog oevreprijs in 2000.